Is het einde van Elsevier nabij?

Weekblad Eslevier, Elsevier Stijl en Elsevier Juist

Elsevier heeft het niet makkelijk. Het weekblad staat al een tijdje in de etalage en nu moet de titel – die al 125 jaar bestaat – van de eigenaar z’n naam veranderen.

Het idee voor de naamswijziging van Elsevier komt van de eigenaar van het tijdschrift, RELX Group (voorheen Reed Elsevier) en werd donderdag 3 december aan het personeel meegedeeld. RELX wil de naam Elsevier exclusief behouden voor alle wetenschappelijke activiteiten van de uitgeverij. De naamsverandering betreft ook de website van het weekblad, de specials, zoals Elsevier Stijl, maandblad Elsevier Juist en de events. RELX wil het opinieblad afstoten vanwege de strategische herbezinning en een focus op dataverwerking.

In de etalage

RELX heeft het weekblad in april ter verkoop aangeboden. Er was de afgelopen maanden interesse van Telegraaf Mediagroep en FD Mediagroep, maar tot een verkoop heeft het nog niet geleid. RELX onderzoekt de mogelijkheid om het weekblad en zijn extensies voortaan samen met een andere uitgever te exploiteren. Er zijn geen namen genoemd van mogelijke partners.

‘Uiterst pijnlijk’

De hoofdredactie van Elsevier noemt het voornemen om het blad af te stoten ‘begrijpelijk’, maar vindt de voorgenomen eis dat de naam moet verdwijnen ‘uiterst pijnlijk’ en ‘nog moeilijk te bevatten’, aldus een mededeling op de website van Elsevier.

De oplage daalt

Elsevier werd opgericht in 1891 als Elsevier’s Geïllustreerd Maandschrift en veranderende in 1945 de frequentie van maandelijks naar wekelijks. In 2007 had het magazine een betaalde oplage rond de 150.000 exemplaren, dat waren er eind 2014 nog iets boven de 80.000. In een moeilijke tijdschriftmarkt zijn twee dingen reuze handig: een goede naamsbekendheid en een goede reputatie op basis van anciënniteit. De keuze van RELX voor de naamswijziging is voor het succes van het blad dus niet logisch.

Elsevier, oplage 2000-2015

Deze grafiek is afkomstig van Piet Bakker
0 replies on “Is het einde van Elsevier nabij?”